Engelse tegenwoordige tijd (present continuous)
Meld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inMeld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inDe present continuous wordt in het Engels gebruikt als er een actie of gebeurtenis plaats vindt op dat moment.
De present continuous bestaat uit twee delen:
Volg online taallessen met een professionele leraar
Het overzicht hieronder laat de vervoeging van het werkwoord "to be" zien.
Onderwerp | Werkwoord "to be" |
---|---|
I | am (ben) |
You (enkelvoud) | are (bent) |
He / She / It | is (is) |
We | are (zijn) |
You (meervoud) | are (zijn) |
They | are (zijn) |
Hoe de present simple wordt gevormd hangt af van welke vorm de zin heeft:
Structuur: onderwerp / voornaamwoord + vorm van "to be" + werkwoord + "-ing" + rest van de zin
Structuur: onderwerp / voornaamwoord + negatieve vorm van "to be" + werkwoord + "-ing" + rest van de zin
Het overzicht hieronder laat de negatieve vervoegingen van het werkwoord "to be" zien.
Onderwerp | Werkwoord "to be" |
---|---|
I | am not (ben niet) |
You (enkelvoud) | are not (bent niet) |
He / She / It | is not (is niet) |
We | are not (zijn niet) |
You (meervoud) | are not (zijn niet) |
They | are not (zijn niet) |
Structuur: vorm van "to be" + onderwerp / voornaamwoord + werkwoord + "-ing" + rest van de zin + vraagteken
Het overzicht hieronder laat zien in welke situaties de present continuous kan worden gebruikt.
Situatie | Voorbeeld | Vertaling |
---|---|---|
Om een actie of gebeurtenis te beschrijven die nu bezig is. | She is watching TV. | Zij is tv aan het kijken. |
Om een actie of gebeurtenis te beschrijven die bezig is, maar niet per se tijdens het gesprek. | I am learning Spanish. | Ik ben Spaans aan het leren. |
Om een actie of gebeurtenis te beschrijven die gepland is, maar nog niet bezig is. | I am meeting my friend on Saturday. | Ik spreek af met mijn vriend op zaterdag. |
Om een tijdelijke actie of gebeurtenis te beschrijven. | Normally he goes to school, but he's working at a supermarket now. | Normaal gesproken gaat hij naar school, maar hij werkt nu bij een supermarkt. |
Om een herhaaldelijke acties te beschrijven, vaak gecombineerd met woorden als "always, forever, constantly". | He is always complaining about his work. | Hij is altijd aan het klagen over zijn werk. |
Je kan het gebruik van de present continuous herkennen aan de volgende woorden:
Er zijn ook een aantal werkwoorden die normaal gesproken niet voorkomen in de present continuous, omdat zij altijd naar een staat verwijzen en niet naar een actie of gebeurtenis.