Overslaan en naar de inhoud gaan
Onze cursussen
  • Meld je gratis aan
  • Inloggen
  • Inloggen
  • Meld je gratis aan
    1. Franse grammatica
    2. Franse werkwoorden vervoegen en werkwoordstijden
    3. Voltooid deelwoord in het Frans (participe passé)
    4. Invuloefening: accord du participe passé
    • Franse grammatica
    • 1 Uitspraak en alfabet in het Frans
    • 1.1 Franse accenten op a, e, i, o, u en de c cédille (ç)
    • 2 Lidwoorden in het Frans (onbepaald en bepaald)
    • Oefeningen op un/une/des/le/la/les
    • Franse lidwoorden oefenen
    • Samengetrokken en delend lidwoord in het Frans oefenen (du/de la/des)
    • 'À' of 'de' + bepaald lidwoord in het Frans oefenen
    • Invuloefening: lidwoord in het Frans oefenen
    • 3 Zelfstandig naamwoord in het Frans
    • 3.1 Mannelijk of vrouwelijk woord in het Frans (un of une?)
    • Franse woorden: oefeningen op mannelijk of vrouwelijk
    • Un of une?
    • Mannelijk of vrouwelijk in het Frans oefenen
    • 3.2 Meervoud in het Frans
    • Oefeningen op het meervoud in het Frans
    • Invuloefeningen op het meervoud in het Frans
    • 3.3 Samengestelde woorden in het Frans - geslacht/meervoud
    • Oefening op het geslacht van samengestelde woorden in het Frans
    • Oefening op het meervoud van samengestelde woorden in het Frans
    • 4 Voornaamwoorden in het Frans
    • Voornaamwoorden in het Frans oefenen - bezittelijk/persoonlijk/etc
    • 4.1 Persoonlijk voornaamwoord in het Frans
    • Persoonlijk voornaamwoord als onderwerp in het Frans oefenen
    • Persoonlijk voornaamwoord als lijdend en meewerkend voorwerp oefenen (COI/COD)
    • 'y' en 'en' oefenen
    • Persoonlijk voornaamwoord (pronom personnel) oefenen
    • 4.2 Bezittelijk voornaamwoord in het Frans (mon/ma/mes)
    • Bezittelijk voornaamwoord in het Frans oefeningen
    • Bezittelijk voornaamwoord in het Frans oefeningen II
    • 4.3 Wederkerend voornaamwoord in het Frans
    • Wederkerend voornaamwoord in het Frans oefenen (me/te/se)
    • 4.4 Aanwijzend voornaamwoord in het Frans (ce/cette/celui)
    • Bijvoeglijk aanwijzend voornaamwoord oefenen (ce/cette/ces)
    • Aanwijzend voornaamwoord in het Frans zelfstandig gebruikt oefenen (celui)
    • 4.5 Betrekkelijk voornaamwoord in het Frans (lequel/dont)
    • Betrekkelijk voornaamwoord in het Frans oefenen (qui/que/lequel/dont)
    • Oefening Frans op qui en que
    • Betrekkelijk voornaamwoord in het Frans oefenen II
    • Betrekkelijk voornaamwoord in het Frans oefenen III
    • 4.6 Onbepaald voornaamwoord in het Frans
    • Onbepaald voornaamwoord 'tout' in het Frans oefenen
    • Onbepaald voornaamwoord in het Frans oefenen
    • Onbepaald voornaamwoord in het Frans oefenen II
    • Onbepaald voornaamwoord in het Frans oefenen III
    • Onbepaald voornaamwoord in het Frans oefenen IV
    • 4.7 Vragend voornaamwoord in het Frans (vraagzinnen)
    • Vragend voornaamwoord in het Frans: qui en que
    • Vraagzinnen in het Frans oefenen
    • 5 Bijvoeglijk naamwoord in het Frans
    • Vorm van het bijvoeglijk naamwoord in het Frans oefenen
    • Verbuiging bijvoeglijk naamwoord in het Frans oefenen: sleepoefening
    • Plaats van het bijvoeglijk naamwoord in het Frans oefenen (voor of achter)
    • Oefening op het herkennen van Franse bijvoeglijke naamwoorden
    • 5.1 Trappen van vergelijking (comparatif/superlatif)
    • Trappen van vergelijking in het Fans oefenen
    • Meerkeuze oefening op trappen van vergelijking in het Frans
    • 6 Bijwoorden in het Frans (les adverbes)
    • Hoe het Franse bijwoord (adverbe) maken: vorming oefenen
    • Meerkeuze oefening op vorming bijwoorden (adverbes) in het Frans
    • Frans bijwoord of bijvoeglijk naamwoord oefenen
    • Het bijwoord (adverbe) in het Frans: sleepoefening
    • 6.1 Trappen van vergelijking van Franse bijwoorden
    • Trappen van vergelijking van Franse bijwoorden oefenen
    • Meerkeuze oefening op trappen van vergelijking met een bijwoord
    • 7 Voorzetsels in het Frans (les prépositions)
    • Voorzetsels in het Frans oefenen: memory
    • Voorzetsels van plaats: sleepoefening
    • Meerkeuze oefening op de Franse voorzetsels
    • 7.1 Franse voorzetsels à/de/en/chez
    • Meerkeuze oefening op à, de, en of chez
    • Invuloefening op voorzetsels à/de/en/chez in het Frans
    • Voorzetsels van landen en steden oefenen
    • 8 Franse werkwoorden
    • 8.1 Infinitief in het Frans
    • Sleepoefening op de Franse infinitief
    • Oefening op de infinitif passé
    • 8.2 Hulpwerkwoorden être en avoir in het Frans
    • Meerkeuze oefening op avoir en être
    • Sleepoefening op avoir en être
    • Invuloefening op de Franse hulpwerkwoorden
    • Schrijfoefening op de vervoeging van avoir en être
    • 8.2.1 Être vervoegen (zijn)
    • Meerkeuze oefening op het vervoegen van être
    • Schrijfoefening op het Franse werkwoord être
    • Sleepoefening op de vervoeging van être
    • 8.2.2 Avoir vervoegen (hebben)
    • Meerkeuze oefening op het vervoegen van avoir
    • Schrijfoefening op het Franse werkwoord avoir
    • Sleepoefening op de vervoeging van avoir
    • 8.3 Franse modale hulpwerkwoorden
    • Theorietest op de modale hulpwerkwoorden
    • Sleepoefening op de modale werkwoorden
    • 8.3.1 Aller vervoegen (gaan)
    • 8.3.2 Devoir vervoegen (moeten)
    • 8.3.3 Faire vervoegen (doen)
    • 8.3.4 Pouvoir vervoegen (kunnen)
    • 8.3.5 Savoir vervoegen (weten)
    • 8.3.6 Venir vervoegen (komen)
    • 8.3.7 Vouloir vervoegen (willen)
    • 8.4 Regelmatige werkwoorden in het Frans
    • 8.4.1 Franse werkwoorden eindigend op -ER
    • Vind de werkwoorden van de 1e groep
    • Duid de juiste vervoeging aan van de werkwoorden van de 1e groep
    • Invuloefening op de Franse werkwoorden met -er
    • 8.4.1.1 Acheter vervoegen (kopen)
    • Invuloefening: vervoeg het werkwoord acheter
    • 8.4.1.2 Aimer vervoegen (houden van)
    • Schrijfoefening op het vervoegen van het werkwoord aimer
    • 8.4.1.3 Appeler vervoegen (roepen/noemen/bellen)
    • Oefening op de vervoeging van het werkwoord appeler
    • 8.4.1.4 Arriver vervoegen (aankomen)
    • Invuloefeningen op de vervoeging van 'arriver'
    • 8.4.1.5 Chercher vervoegen (zoeken)
    • Schrijfoefening: de vervoeging van het werkwoord 'chercher'
    • 8.4.1.6 Commencer vervoegen (beginnen)
    • Invuloefening op de vervoeging van het werkwoord commencer
    • 8.4.1.7 Essayer vervoegen (proberen)
    • Oefening: vervoeg het werkwoord essayer
    • 8.4.1.8 Gagner vervoegen (winnen/verdienen)
    • Invuloefening: vervoeg het werkwoord gagner
    • 8.4.1.9 Jeter vervoegen (gooien/werpen)
    • Schrijfoefening op het vervoegen van het werkwoord jeter
    • 8.4.1.10 Jouer vervoegen (spelen)
    • Oefening: vervoeg het werkwoord jouer
    • 8.4.1.11 Nettoyer vervoegen (schoonmaken)
    • Oefening op de vervoeging van het werkwoord nettoyer
    • 8.4.1.12 Parler vervoegen (spreken/praten)
    • Schrijfoefening: de vervoeging van het werkwoord 'parler'
    • 8.4.1.13 Payer vervoegen (betalen)
    • Invuloefening op de vervoeging van 'payer'
    • 8.4.1.14 Regarder vervoegen (kijken)
    • Oefening op het vervoegen van regarder
    • 8.4.1.15 Rencontrer vervoegen (ontmoeten)
    • Invuloefening: vervoeg het werkwoord rencontrer
    • 8.4.1.16 Se lever vervoegen (opstaan)
    • Schrijfoefening op het vervoegen van het werkwoord se lever
    • 8.4.1.17 Travailler vervoegen (werken)
    • Schrijfoefening: de vervoeging van het werkwoord 'travailler'
    • 8.4.1.18 Trouver vervoegen (vinden)
    • Oefening: vervoeg het werkwoord 'trouver'
    • 8.4.2 Regelmatige -IR werkwoorden in het Frans
    • Duid de juiste vervoeging aan van de werkwoorden van de 2e groep (-ir)
    • Schrijfoefening op de regelmatige werkwoorden eindigend in -IR
    • 8.4.2.1 Finir vervoegen (beëindigen, afmaken)
    • 8.5 Onregelmatige werkwoorden in het Frans
    • 8.5.1 Courir vervoegen (lopen)
    • 8.5.2 Dire vervoegen (zeggen)
    • 8.5.3 Dormir vervoegen (slapen)
    • 8.5.4 Falloir vervoegen (moeten)
    • 8.5.5 Lire vervoegen (lezen)
    • 8.5.6 Mettre vervoegen (plaatsen/zetten/leggen)
    • 8.5.7 Partir vervoegen (vertrekken)
    • 8.5.8 Pleuvoir vervoegen (regenen)
    • 8.5.9 Prendre vervoegen (nemen)
    • 8.5.10 Recevoir vervoegen (ontvangen/krijgen)
    • 8.5.11 Rendre vervoegen (teruggeven)
    • 8.5.12 Résoudre vervoegen (oplossen)
    • 8.5.13 Rire vervoegen (lachen)
    • 8.5.14 Tenir vervoegen (houden/vasthouden/gehecht zijn aan)
    • 8.5.15 Valoir vervoegen (gelden/waard zijn)
    • 8.5.16 Vivre vervoegen (leven)
    • 8.5.17 Voir vervoegen (kijken)
    • 8.6 Wederkerende werkwoorden in het Frans
    • Sleepoefening op de wederkerende werkwoorden
    • Invuloefening op de Franse wederkerende werkwoorden
    • Invuloefening op niet-wederkerende en wederkerende werkwoorden
    • 8.7 Passief in het Frans (le passif)
    • Sleepoefening op het vormen van passieve zinnen
    • Invuloefening op het passief in het Frans
    • Invuloefening op het passief in het Frans II
    • 8.8 Indirecte rede in het Frans (le discours indirect)
    • 9 Franse werkwoorden vervoegen en werkwoordstijden
    • 9.1 Tegenwoordige tijd in het Frans (l'indicatif présent)
    • Meerkeuze oefeningen op de indicatif présent
    • Invuloefening op de tegenwoordige tijd
    • Juist of fout: indicatif présent
    • Vul de zinnen aan met de indicatif présent
    • Vind de werkwoorden in de Franse tegenwoordige tijd
    • 9.2 Verleden tijd in het Frans
    • Passé composé of imparfait?
    • Zoek de Franse werkwoorden in de verleden tijd
    • 9.2.1 Onvoltooid verleden tijd in het Frans (imparfait)
    • Vind de werkwoorden in de Franse onvoltooid verleden tijd
    • Oefeningen op het vormen van de imparfait
    • Oefening op het vormen van de imparfait
    • Invuloefening op de imparfait
    • Herschrijf de zinnen in de imparfait
    • 9.2.2 Voltooid tegenwoordige tijd in Frans (passé composé)
    • Hoe de passé composé vervoegen: meerkeuzeoefening
    • Sleepoefening op het vervoegen van de passé composé
    • Schrijfoefening op het vormen van de passé composé
    • Herschrijf de zinnen in de passé composé
    • 9.2.3 Voltooid verleden tijd in het Frans (plus-que-parfait)
    • Zoek de werkwoorden in de plus-que-parfait
    • Meerkeuzeoefening op het vervoegen van de plus-que-parfait
    • Sleepoefening op de plus-que-parfait
    • Schrijfoefening op de plus-que-parfait
    • 9.3 Toekomende tijd in het Frans
    • Zoek de Franse werkwoorden in de toekomende tijd
    • Meerkeuzeoefening op de vervoeging van de futur antérieur
    • Schrijfoefening op de futur antérieur
    • Schrijfoefening: futur simple of futur antérieur?
    • 9.3.1 Onvoltooid toekomende tijd in het Frans (futur simple)
    • Oefening op het herkennen van de futur simple
    • Sleepoefening op het vervoegen van de futur simple
    • Schrijfoefening op de futur simple
    • Herschrijf de zinnen in de futur simple
    • 9.4 Gebiedende wijs in het Frans (l'impératif)
    • Vind de werkwoorden in de gebiedende wijs
    • Het schrijven van de gebiedende wijs in het Frans oefenen
    • Sleepoefening op de Franse gebiedende wijs
    • Schrijfoefening op de gebiedende wijs
    • 9.5 Voorwaardelijke wijs in het Frans (conditionnel)
    • Herken de werkwoorden in de voorwaardelijke wijs
    • Meerkeuze oefening op de voorwaardelijke wijs
    • Oefening op het herkennen van de conditionnel passé
    • Schrijfoefening op de conditionnel présent
    • Schrijfoefening op de conditionnel passé
    • 9.6 Aanvoegende wijs in het Frans (subjonctif)
    • Sleepoefening op de vervoegingen van de subjonctif
    • Zoek de vervoegingen in de aanvoegende wijs
    • Vervoeg het werkwoord in de subjonctif
    • Schrijfoefening op de subjonctif
    • Herken de tijd van de aanvoegende wijs
    • Invuloefening op de vervoeging van de subjonctif
    • 9.7 Voltooid deelwoord in het Frans (participe passé)
    • Oefening: participe présent of adjectief?
    • Vind de onvoltooide deelwoorden in het Frans
    • Herschrijf de zinnen met een tegenwoordig deelwoord (Participe Présent)
    • Meerkeuze oefening op de participe passé
    • Schrijfoefening op het voltooid deelwoord met être
    • Schrijfoefening op het voltooid deelwoord met avoir
    • Invuloefening: accord du participe passé
    • 9.8 Gerundium in het Frans (gérondif)
    • Herschrijf de werkwoorden in de gérondif
    • Sleepoefening op de gérondif.
    • Herschrijf de zinnen met een gérondif
    • 10 Franse zinsbouw en zinsvolgorde
    • 10.1 Zinsontleding (zinnen maken) in het Frans
    • Oefening op de zinsontleding in het Frans
    • Meerkeuze oefening op de zinsdelen in het Frans
    • 10.1.1 Het onderwerp in het Frans (le sujet)
    • Oefening op het onderwerp in het Frans
    • Invuloefening om het onderwerp te vinden in het Frans
    • 10.1.2 De persoonsvorm in het Frans (le prédicat verbal)
    • Oefening op de persoonsvorm in het Frans
    • 10.1.3 Lijdend (COD) en meewerkend voorwerp (COI) in het Frans
    • Oefening op het lijdend voorwerp (COD) in het Frans
    • Oefening op het meewerkend voorwerp (COI) in het Frans
    • 10.1.4 De bijwoordelijke bepaling in het Frans
    • Multiple choice oefening op de bijwoordelijke bepaling in het Frans
    • 10.2 De zinsvolgorde in het Frans (zinsopbouw)
    • 10.3 Vraagzinnen in het Frans (en vraagwoorden)
    • Oefening op vraagzinnen met inversie
    • Schrijfoefening op de Franse vraagwoorden
    • Oefening op het vraagwoord 'quel' (welke)
    • Vertaaloefening op de vraagzinnen / vraagwoorden in het Frans
    • 10.4 De voegwoorden (les conjonctions) in het Frans
    • Klikoefening op de nevenschikkende voegwoorden
    • Klikoefening op de onderschikkende voegwoorden
    • Invuloefening op nevenschikking
    • Sleepoefening op onderschikking in het Frans
    • 10.5 Ontkenning in het Frans (ne...pas)
    • Oefening op de ontkenning in het Frans (ne... pas)
    • Ontkenning frans oefenen
    • 10.6 Hypothese ('si'-zinnen) in het Frans
    • Oefening op de verschillende types hypothese in het Frans
    • Oefening op de hypothese in het Frans (type realis)
    • Oefening op de hypothese in het Frans (type potentialis)
    • Oefening op de hypothese in het Frans (type irrealis)
    • Invuloefening op de 'si'-zinnen (hypothese) in het Frans (gemengd)

    Invuloefening: accord du participe passé

    Leer het voltooid deelwoord te vervoegen met 'être' en 'avoir'.

    Inhoudstafel oefening.

    1. Terug naar de les
    2. Oefening: participe présent of adjectief?
    3. Vind de onvoltooide deelwoorden in het Frans
    4. Herschrijf de zinnen met een tegenwoordig deelwoord (Participe Présent)
    5. Meerkeuze oefening op de participe passé
    6. Schrijfoefening op het voltooid deelwoord met être
    7. Schrijfoefening op het voltooid deelwoord met avoir
    8. Invuloefening: accord du participe passé

    Onze leermaterialen

    • Spaans
    • Pools
    • Nederlands
    • Frans
    • Italiaans
    • Duits

    Taal van de website

    Nederlands Nederlands
    • Engels (English) Engels (English)
    • Duits (Deutsch) Duits (Deutsch)
    • Frans (Français) Frans (Français)
    • Italiaans (Italiano) Italiaans (Italiano)
    • Spaans (Español) Spaans (Español)

    Taallessen nemen

    Zoek een leraar in jouw omgeving of volg online lessen.

    Leraar zoeken

    coLanguage

    • Onderwijskundige visie
    • Kwaliteitsgarantie
    • Online taalcursussen
    • Persoonlijk lesprogramma
    • Voor bedrijven en hun medewerkers
    • Over coLanguage
    • Prijzen taalcursussen

    © coLanguage. All rights reserved.

    Edutalent S.L. - NIF: ESB40622912

    ColofonOver coLanguageAlgemene voorwaardenPrivacyverklaring