Italiaanse modale werkwoorden
Meld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inMeld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inDe Italiaanse modale werkwoorden (verbi modali) geven een bepaalde modaliteit aan een werkwoord. Dit is een houding ten opzichte van het werkwoord.
Je moet de modale werkwoorden vervoegen. Het werkwoord dat het modale werkwoord specifieert, krijgt de infinitief. De structuur is de volgende:
Italiaans | Nederlands |
---|---|
Io devo spedire questa e-mail entro stasera. | Ik moet deze e-mail verzenden voor deze avond. |
Fabrizio vuole assolutamente andare a quella festa stasera. | Fabrizio wil zeker naar het feestje gaan vanavond. |
Voi potrete andare al bagno soltanto quando avrete consegnato il compito. | Je kon naar het toilet gaan wanneer je klaar was met de test. |
Volg online taallessen met een professionele leraar
De volgende drie werkwoorden zijn de belangrijkste en meest gebruikte Italiaanse modale werkwoorden.
Er zijn nog enkele andere werkwoorden die een 'modale waarde' hebben. De volgende werkwoorden vallen onder deze categorie.
Modale werkwoorden hebben de volgende hoofdeigenschappen:
Italiaans | Nederlands |
---|---|
Gli voglio parlare. > Voglio parlargli. | Ik wil met hem spreken. |
La devo cercare. > Devo cercarla. | Ik moet haar vinden. |
Ci posso andare. > Posso andarci. | Ik kan naar daar gaan. |
Modale werkwoorden hebben meestal avere als hulpwerkwoord. Dit is altijd zo als: