De Italiaanse persoonlijke voornaamwoorden (ik, jij...)
Meld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inMeld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inVoor je kan beginnen met Italiaanse werkwoorden vervoegen is het belangrijk om de Italiaanse persoonlijke voornaamwoorden te kennen.
Deze worden meestal niet mee uitgesproken in de geschreven en gesproken taal.
Maar indien je tijdens een gesprek wel graag de nadruk wilt leggen op iemand of iets, is het beter om dit wel te doen.
Als je een basis Spaans hebt, zal dit bekend voorkomen: de aanpak is namelijk net hetzelfde.
io | ik |
---|---|
tu | jij |
lui | hij |
lei | zij |
Lei | U (Let op de hoofdletter L) |
noi | wij |
voi | jullie |
loro | zij |
Loro | u (meervoud) |
Let vooral op de hoofdletter bij de U-vorm, Loro en Lei.
Dit is belangrijk om in de geschreven taal een onderscheid te maken tussen u en zij, ze in het meervoud en enkelvoud.
Voorbeelden:
- Loro sono in ritardo.
Wij hebben vertraging
- Lei sta bene
Zij is in orde.
Volg online taallessen met een professionele leraar
In het Italiaans zijn er verschillende vormen voor “het”.
Dit neutrale voornaamwoord wordt gebruikt om dieren en objecten aan te duiden en te vervangen.
- Esso (m): het
- Essa (f): het
- Essi (neutraal) (m): zij
- Esse (neutraal) (v): zij
Door het leren van de persoonlijke voornaamwoorden kan je mensen al aanspreken met jij, jullie, zij, u ... als je ze tegenkomt
Dit maakt een gesprek in het italiaans al net iets gemakkelijker!