Lichaamsdelen in het Nederlands leren
Meld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inIn dit onderdeel van de cursus leer je de namen van lichaamsdelen in het Nederlands. Je leert over de zichtbare lichaamsdelen, maar ook over de inwendige lichaamsdelen. Deze woorden kun bijvoorbeeld gebruiken als je een bezoek brengt aan de huisarts en je moet uitleggen wat er mankeert.
Lesoverzicht
VerbergenLichaamsdelen benoemen
De lichaamsdelen die worden aangewezen in bovenstaande afbeelding, zijn:
- Het hoofd
- De nek
- De rug
- De arm
- De hand
- De vingers
- Het been
- De knie
- De voet
- De tenen
Op de volgende afbeelding zie je de onderdelen van het hoofd en het gezicht:
- De haren
- De wenkbrauwen
- De neus
- De mond en tanden
- De ogen
- De oren
- De wangen
- De kin
Heb je een vraag?
Volg online taallessen met een professionele leraar
- Native en geverifieerde leraren
- Gratis proefles
- Inclusief lesmateriaal
Katrien D. 
SANDRA L. 
Jennalee P. 
Leonie B.
Charonie S. 
An K.
Stefaan L.
María Mercedes D. 
Angelo V. 
Iris S.
Inwendige lichaamsdelen
Natuurlijk heb je ook lichaamsdelen die niet met het blote oog te zien zijn, namelijk:
De hersenen
Het hart
De longen
De maag
De darmen
De lever
De nieren