Perfecto in het Spaans (voltooid tegenwoordige tijd)
Meld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inMeld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inWelkom bij weer een nieuwe les in de Spaanse grammatica cursus!
Vandaag behandelen we de Pretérito Perfecto, ofwel de voltooid tegenwoordige tijd. Deze verleden tijd wordt ook wel presente perfecto, perfecto compuesto of perfecto genoemd. Op deze pagina leer je hoe je de Perfecto kunt herkennen en gebruiken.
Volg online taallessen met een professionele leraar
Dit betekent dat de actie al heeft plaatsgevonden, maar wij ons nog steeds in dezelfde tijd bevinden. Bijvoorbeeld: Este año no he ido de vacaciones - Dit jaar ben ik niet op vakantie geweest. Je hebt het hier over 'dit' jaar, wat nog een verband heeft met het heden. In de onderstaande tabel vind je een aantal signaalwoorden die je kunt herkennen wanneer de Perfecto van toepassing is.
Nederlands | Spaans |
---|---|
vandaag | hoy |
deze week | esta semana |
deze maand | este mes |
dit jaar | este año |
Bij het gebruik van een aantal woorden zoals siempre (altijd) en nunca (nooit) weet je vrijwel zeker dat de Perfecto van toepassing is. In deze tabel vind je een overzicht van deze signaalwoorden. Bijvoorbeeld: ¿Has estado alguna vez en Amsterdam? - Ben je wel eens in Amsterdam geweest?
Nederlands | Spaans |
---|---|
nooit | nunca |
altijd | siempre |
een keer | aguna vez |
al | ya |
nog niet | todavía no |
De perfecto is vrij makkelijk te vormen. Er komt een hulpwerkwoord bij kijken, maar verder blijft het voltooid deelwoord bij alle persoonlijke voornaamwoorden hetzelfde. Natuurlijk is er hier ook sprake van regelmatige en onregelmatige woorden.
De Perfecto wordt gevormd met de tegenwoordige tijd van het werkwoord haber (hebben/zijn) + voltooid deelwoord. Het is daarom van belang dat je de vervoeging daarvan uit je hoofd kent. Bijvoorbeeld: He comido - Ik heb gegeten.
In de tabel vind je een overzicht van de vervoeging van regelmatige werkwoorden in de Perfecto. Zoals je ziet verandert alleen het werkwoord haber mee, en blijft de rest hetzelfde.
hulp | -ar | -er | -ir | |
---|---|---|---|---|
haber + | hablar | comer | recibir | |
yo | hé | hablado | comido | recibido |
tú | has | hablado | comido | recibido |
él,ella,usted | ha | hablado | comido | recibido |
nosotros | hemos | hablado | comido | recibido |
vosotros | habéis | hablado | comido | recibido |
ellos,ellas,ustedes | han | hablado | comido | recibido |
Bij onregelmatige werkwoorden is alleen het voltooid deelwoord anders. In de tabel hieronder vind je een lijst met een aantal veelvoorkomende onregelmatige werkwoorden. Bijvoorbeeld: He visto - Ik heb gezien.
Stam | Voltooid deelwoord |
---|---|
decir (zeggen) | dicho |
hacer (doen) | hecho |
morir (sterven) | muerto |
romper (breken) | roto |
ver (zien) | visto |
escribir (schrijven) | escrito |
poner (zetten) | puesto |
Nederlands | Spaans |
---|---|
Ik heb nog niet gegeten. | No he comido todavía. |
Heb je de wekker al gezet? | ¿Has puesto ya el despertador? |
Deze week hebben we onze vriend gezien. | Esta semana hemos visto nuestro amigo. |
Hij is zijn stem verloren. | Él ha perdido la voz. |
Tot zover de uitleg over de Perfecto in het Spaans. Veel succes met het maken van de oefeningen en tot de volgende keer!