Verleden tijd Spaans (indefinido, imperfecto, perfecto)

De indefinido, imperfecto en perfecto in het Spaans

Wanneer je in het Spaans een gesprekje wil kunnen voeren, kun je er niet omheen: de verleden tijd. Of je nu praat over wat je het afgelopen weekend hebt gedaan, of over veel verder terug. Het is belangrijk om het verschil in de vormen te herkennen. In deze les behandelen we drie verleden tijdsvormen: indefinido, imperfecto en perfecto. Op elke pagina gaan we dieper in op deze onderwerpen en proberen we het zo goed mogelijk uit te leggen met behulp van afbeeldingen, signaalwoorden en regels voor het gebruik.

Heb je een vraag?

Volg online taallessen met een professionele leraar

1. Native en geverifieerde leraren
2. Gratis proefles
3. Inclusief lesmateriaal

Mayte C.

Eleonore G.

Lida J.

Lilian M. Plomp- M.

María Mercedes D.

Nancy D.

Pieter S.

Ana M.

Hanke D.

Catharina L.

Schrijf je gratis in

Het verschil tussen indefinido en imperfecto

Een veel voorkomende vraag is wanneer je welke vorm gebruikt. De imperfecto en indefinido zijn het moeilijkst te onderscheiden. Dit komt omdat wij in het Nederlands geen onderscheid maken in deze twee vormen. 

Je gebruikt de indefinido:

• Wanneer de tijd bepaald is (gisteren, in 2015, vorig jaar)
• Bij opeenvolgende gebeurtenissen

De imperfecto gebruik je:

• Wanneer er geen concrete tijd wordt genoemd (ooit in het verleden..)
• Als iets een gewoonte was

Het gebruik van de perfecto

De perfecto verschilt van de andere verleden tijdvormen, omdat in deze vorm de gebeurtenis een relatie met het heden heeft. Dit kun je herkennen aan verschillende signaalwoorden die op de pagina's besproken worden. Je spreekt dan voornamelijk over: deze week, deze maand, vandaag.

Ik raad je aan om de pagina's goed te bestuderen en de oefeningen te maken. Zo leer je stapsgewijs de verschillen tussen de tijden te herkennen en gebruiken!