Ontkenning (niet) in het Duits
Meld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inMeld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inEr zijn twee manieren om een ontkennende zin te formuleren. Een ontkennende zin formuleer je door "nicht" of "kein" te gebruiken.
bijvoorbeeld:
Volg online taallessen met een professionele leraar
"Nicht" komt voor het bepaald lidwoord van een zelfstandig naamwoord.
"Nicht" komt voor het werkwoord in de tegenwoordige tijd, maar de in verleden tijd komt het achteraan in de zin.
"Nicht" komt voor het voornaamwoord.
"Nicht" komt voor het bijvoeglijk naamwoord.
"Nicht" komt voor het bijwoord van de zin.
"Nicht" komt voor het voorzetsel wat iets zegt over de tijd, hoe iets gebeurd is en waar iets gebeurd is.
"Kein" moet vervoegd worden naargelang de naamval en het geslacht van het zelfstandig naamwoord.
mannelijk | vrouwelijk | onzijdig | meervoud | |
---|---|---|---|---|
nominatief | kein | keine | kein | keine |
genitief | keines | keiner | keines | keiner |
datief | keinem | keiner | keinem | keinen |
accusatief | keinen | keine | kein | keine |