Zijn vervoegen

Meld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)

Schrijf je gratis in

Hier vind je alle vervoegingen van het werkwoord zijn.

Lesoverzicht

1.Vervoeging van zijn in het Nederlands
1.1.Tegenwoordige en verleden tijd
1.2.Toekomende tijd
1.3.Gebiedende wijs
1.4.Infinitief
1.5.Deelwoorden

Vervoeging van zijn in het Nederlands

Heb je een vraag?

Volg online taallessen met een professionele leraar

Native en geverifieerde leraren
Gratis proefles
Inclusief lesmateriaal

Pelin C.

Marleen S.

Fatih K.

Ivetta I.

Stefaan L.

SANDRA L.

Clarisse N.

Lauren D.

Nicole H.

Els S.

Schrijf je gratis in

Tegenwoordige en verleden tijd

Onderwerp	Onvoltooid tegenwoordige tijd	Onvoltooid verleden tijd	Voltooid tegenwoordige tijd	Voltooid verleden tijd
Ik	ben	was	ben geweest	was geweest
Jij, u	bent	was	bent geweest	was geweest
Hij, zij, het	is	was	is geweest	was geweest
Wij	zijn	waren	zijn geweest	waren geweest
Jullie	zijn	waren	zijn geweest	waren geweest
Zij	zijn	waren	zijn geweest	waren geweest

Toekomende tijd

Onderwerp	Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd	Onvoltooid verleden toekomende tijd	Voltooid tegenwoordige toekomende tijd	Voltooid verleden toekomende tijd
Ik	zal zijn	zou zijn	zal zijn geweest	zou zijn geweest
Jij, u	zult zijn	zou zijn	zult zijn geweest	zou zijn geweest
Hij, zij, het	zal zijn	zou zijn	zal zijn geweest	zou zijn geweest
Wij	zullen zijn	zouden zijn	zullen zijn geweest	zouden zijn geweest
Jullie	zullen zijn	zouden zijn	zullen zijn geweest	zouden zijn geweest
Zij	zullen zijn	zouden zijn	zullen zijn geweest	zouden zijn geweest

Gebiedende wijs

Gebiedende wijs	Onderwerp
-	Ik
Wees	Jij, u
-	Hij, zij, het
-	Wij
Zijn	Jullie
-	Zij

Infinitief

Tegenwoordige tijd	Voltooid deelwoord
zijn	zijn geweest

Deelwoorden

Onvoltooid deelwoord	Voltooid deelwoord
zijnd	geweest

'Zijnd' wordt nauwelijks gebruikt in de Nederlandse taal.