Nederlandse aanwijzende voornaamwoorden
Meld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inMeld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inAanwijzende voornaamwoorden wijzen met enige nadruk personen of andere zaken aan. Figuurlijk gezien kan er met de vinger naar gewezen worden, bijvoorbeeld: 'die man', 'dat boek'.
Aanwijzende voornaamwoorden kunnen zowel zelfstandig als niet-zelfstandig gebruikt worden.
Welk aanwijzend voornaamwoord je moet gebruiken, hangt af van of het woord zelfstandig of niet-zelfstandig gebruikt wordt en van het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort. Ook is er een onderscheid tussen woorden in het enkelvoud en woorden in het meervoud.
Bij zelfstandige aanwijzende voornaamwoorden moet gekeken worden:
Enkelvoud of meervoud | Zelfstandige aanwijzende voornaamwoorden | Voorbeeld |
---|---|---|
Enkelvoud het-woorden (onzijdig) |
|
|
Enkelvoud de-woorden (mannelijk/vrouwelijk |
|
|
Meervoud |
|
|
Volg online taallessen met een professionele leraar
Bij Nederlandse niet-zelfstandige aanwijzende voornaamwoorden moet gekeken worden welk zelfstandig naamwoord bij het aanwijzende voornaamwoord hoort:
Enkelvoud of meervoud | Niet-zelfstandige aanwijzende voornaamwoorden | Voorbeeld |
---|---|---|
Enkelvoud het-woorden (onzijdig) |
|
|
Enkelvoud de-woorden (mannelijk of vrouwelijk) |
|
|
Meervoud |
|
|
'Dat' en 'dit' zijn de vaakst voorkomende aanwijzende voornaamwoorden voor het-woorden (onzijdige enkelvoud).
Aanwijzend voornaamwoord | Gebruik | Voorbeeld |
---|---|---|
Dat | Voor veraf of niet- aanwezig | Dat huis aan de andere kant van het dorp is verkocht. |
Dit | Voor dichtbij | Dit huis hebben mijn ouders gebouwd in 1992. |
De andere aanwijzende voornaamwoorden voor het-woorden gebruik je minder vaak en sommige zijn verouderd:
'Deze' en 'die' zijn de vaakst voorkomende aanwijzende voornaamwoorden voor de-woorden (mannelijk/vrouwelijk enkelvoud en meervoud).
Aanwijzend voornaamwoord | Gebruik | Voorbeeld |
---|---|---|
Deze | Voor dichtbij | Deze fiets is van mij. |
Die | Voor veraf of niet- aanwezig | Die winkel in Amsterdam verkoopt hele mooie tassen. |
De andere aanwijzende voornaamwoorden voor de-woorden gebruik je minder vaak en sommige zijn verouderd:
Kijk of je de uitleg hebt begrepen door de oefeningen te maken!