Nederlandse bezittelijke voornaamwoorden
Meld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inMeld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inHet bezittelijk voornaamwoord geeft een bezit aan. De bezittelijke vormen hebben een volle en een gereduceerde vorm. De gereduceerde vorm wordt vooral gebruikt als het bezittelijk voornaamwoord weinig nadruk krijgt. Bezittelijke voornaamwoorden komen vaak voor in combinatie met een zelfstandig naamwoord, bijvoorbeeld: mijn boek, zijn huis.
Persoonlijk voornaamwoord | bijvoeglijk |
---|---|
Ik | Mijn (vol) M'n (gereduceerd) |
Jij / je | Jouw (informeel) Je (informeel) Uw (formeel) |
3e persoon enkelvoud | Zijn (vol, mannelijk/onzijdig) Z'n (gereduceerd, mannelijk/onzijdig)
Haar (vol, vrouwelijk) D'r (gereduceerd, vrouwelijk |
1e persoon meervoud | Ons/onze |
2e persoon meervoud | Jullie (informeel) Je (informeel) Uw (formeel) |
3e persoon meervoud | Hun |
Volg online taallessen met een professionele leraar
De Nederlandse bijvoeglijke bezittelijke voornaamwoorden worden ook wel de niet-zelfstandige bezittelijke voornaamwoorden genoemd en komen altijd voor in combinatie met een zelfstandig naamwoord.
Bezittelijke voornaamwoord | Voorbeeld |
---|---|
Mijn |
|
Jouw / je |
|
Uw |
|
Zijn |
|
Haar |
|
Zijn |
|
Onze / ons |
|
Jullie / je |
|
Hun |
|
Bezittelijke voornaamwoorden kunnen ook zelfstandig worden gebruikt. Deze voornaamwoorden staan dan niet voor een zelfstandig naamwoord, maar staan los in de zin.
Bijvoeglijk bezittelijk voornaamwoord | Zelfstandig bezittelijk voornaamwoord |
---|---|
Het is mijn boek. | Het is de mijne. |
Dat is jouw telefoon. | Het is de jouwe. |
Dat is haar rok. | Het is de hare. |
Dat is zijn laptop. | Het is de zijne. |
Is dat jullie auto? | Ja, het is de onze. |
Zijn dat hun fietsen? | Ja, dat zijn de hunne. |
De 2e persoon meervoud ('jullie') kent geen zelfstandig bezittelijk voornaamwoord in de informele vorm, in plaats daarvan wordt 'die/dat van jullie' gebruikt.
Kijk of je de uitleg begrepen hebt door de oefeningen te doen!