In dit hoofdstuk wordt de positie van de verschillende bijwoorden in het Engels besproken. De positie van een bijwoord hangt af van welk soort bijwoord het is en hoe het wordt gebruikt in de zin.
De bijwoorden van manier beschrijven hoe een actie wordt uitgevoerd.
De positie van dit bijwoord is:
- Achter de persoonsvorm en aan het eind van de zin.
- Het bijwoord kan voor het werkwoord staan om de nadruk te leggen op de actie.
- Het bijwoord kan niet tussen het werkwoord en het lijdendvoorwerp staan.
Voorbeelden:
- She drives well. (Ze rijdt goed.)
- He runs quickly. (Hij rent snel.)
- I entered the classroom quietly. (Ik ging stilletjes de klas in.)
Heb je een vraag?
Volg online taallessen met een professionele leraar
- Native en geverifieerde leraren
- Gratis proefles
- Inclusief lesmateriaal
Schrijf je gratis in De bijwoorden van plaats vertellen ons waar de actie plaatsvindt.
De positie van dit bijwoord is:
- Achter de persoonsvorm of aan het eind van de zin.
- Dit bijwoord wordt gevolgd door het bijwoord van manier wanneer deze ook in de zin staat.
- De woorden 'there' (daar) en 'here' (hier) kunnen aan het begin van de zin worden geplaatst om meer nadruk op de plaats te leggen.
Voorbeelden:
- She lives above the supermarket. (Ze woont boven de supermarkt.)
- They live near the beach. (Zij wonen vlakbij het strand.)
- I had dinner outside today. (Ik heb vandaag buiten gegeten.)
De bijwoorden van tijd geven aan wanneer een actie plaatsvindt, hoelang het duurt en hoe vaak.
De positie van dit bijwoord is:
- Aan het eind van de zin, ook als er andere bijwoorden in de zin staan.
- Als de nadruk op de tijd moet liggen, wordt dit bijwoord aan het begin van de zin geplaatst.
Voorbeelden:
- I will go to the library tomorrow. (Ik ga morgen naar de bibliotheek.)
- She will arrive soon. (Ze komt binnenkort aan.)
- They will buy groceries in the afternoon. (Ze zullen vanmiddag boodschappen doen.)
De bijwoorden van kwantiteit geven de kwantiteit of hoeveelheid van een actie aan.
De positie van dit bijwoord is:
- Na de persoonsvorm.
- Voor de bijvoeglijke naamwoorden en de bijwoorden.
Voorbeelden:
- She has cooked enough for everyone. (Ze had genoeg voor iedereen gekookt.)
- The exam was pretty difficult. (Het examen was best moeilijk.)
- They are very late. (Ze zijn erg laat.)
De bijwoorden van frequentie beschrijven hoe vaak een actie wordt uitgevoerd.
De positie van dit bijwoord is:
- Voor de persoonsvorm, maar na het werkwoord 'to be' (zijn).
- Als het gaat om een van de uitdrukkingen van frequentie, moet deze aan het eind van de zin komen.
- Tussen het hulpwerkwoord en de andere werkwoorden.
Voorbeelden:
- They always go to Paris in February. (Ze gaan altijd in februari naar Parijs.)
- I take Spanish classes twice a week. (Ik heb twee keer in de week Spaanse les.)
- I have never been to Asia. (Ik ben nog nooit in Azië geweest.)
De bijwoorden van graad geven informatie over de intensiteit of de mate van een actie, bijvoeglijk naamwoord of een ander bijwoord.
De positie van dit bijwoord is:
- Voor het bijvoeglijk naamwoord.
- Voor de andere bijwoorden.
- Voor de persoonsvorm, maar na het werkwoord 'to be' (zijn).
- Tussen het hulpwerkwoord en de andere werkwoorden.
Voorbeelden:
- It was extremely hot. (Het was extreem warm.)
- She mainly drinks tea. (Ze drinkt voornamelijk thee.)
- They will at least work out once a week. (Zij zullen minstens een keer in de week een work-out doen.)
De bijwoorden van waarschijnlijkheid en zekerheid vertellen ons de mate van zekerheid met betrekking tot een actie of evenement.
De positie van dit bijwoord is:
- Voor de persoonsvorm.
- Na het werkwoord 'to be' (zijn).
- Tussen het hulpwerkwoord en de andere werkwoorden.
- Aan het begin van een verzoek of gebed.
Voorbeelden:
- They will obviously go to school. (Zij zullen natuurlijk naar school gaan.)
- She really hopes she can join us. (Ze hoopt echt dat ze met ons mee kan.)
- Maybe they can help me later. (Misschien kunnen ze me later helpen.)
De bijwoorden van mening en observatie geven informatie over een mening over een actie of een observatie van een actie.
De positie van dit bijwoord is:
- Bijwoorden van mening staan meestal aan het begin van de zin. Gescheiden van de rest van de zin door een komma.
- Bijwoorden van observatie staan meestal voor de persoonsvorm, maar na het werkwoord 'to be' (zijn).
Voorbeelden:
- Actually, I still wanted to use that piece of paper. (Eigenlijk wilde ik dat papier nog gebruiken.)
- Personally, I would not wear that. (Persoonlijk, zou ik dat nooit aantrekken.)
- She is practically never home. (Ze is praktisch nooit thuis.)
Test je kennis door de oefeningen te doen!