Zinsopbouw in het Duits

De zinsopbouw is de manier waarop je met woorden een volgorde in een zin maakt. Een goede opbouw zorgt voor een prettig leesbare tekst met goedlopende zinnen.

Zinsopbouw van hoofdzinnen

In deze les leer je over de verschillende mogelijkheden om een ​​Duitse zin te vormen.

Bijvoorbeeld:

• Der Lehrer fragt den Schüler. - De leraar vraagt de student.
• Den Schüler fragt der Lehrer. - De student vraagt de leraar.

Ontkennende zinnen schrijven

Je gebruikt ontkenning om negatieve zinnen in de Duitse taal te vormen. Er zijn twee verschillende manieren om deze zinnen te vormen door "nicht" of "kein" te gebruiken.

Bijvoorbeeld:

• Sie geht nicht ins Kino. - Zij gaat niet naar de bioscoop.
• Du hast keinen Hunger. - Jij hebt geen honger.

Heb je een vraag?

Volg online taallessen met een professionele leraar

1. Native en geverifieerde leraren
2. Gratis proefles
3. Inclusief lesmateriaal

Bianka B.

HUGUES JPM P.

Eleonore G.

Josanne V.

Holger V.

Lara R.

Annelie P.

Geert J.

Christiaan E.

Dina P.

Schrijf je gratis in

Vragende zinnen formuleren

Deze les verklaart het gebruik van vraagwoorden in het algemeen en wanneer je een vraagwoord kan toepassen in een zin.

Bijvoorbeeld:

• Wann kommst du?  - Wanneer kom jij?
• Wie alt bist du? - Hoe oud ben jij?

Het gebruik van voegwoorden

Een voegwoord is het verbinden van woorden, zinsdelen of zinnen. Deze les verklaart het gebruik van vraagwoorden in het algemeen en wanneer je een vraagwoord kan toepassen in een zin.

Bijvoorbeeld:

• Wir nehmen es mit, denn wir finden es schön. - We nemen het met ons mee, omdat we het mooi vinden.
• Wir nehmen ein Taxi oder den Bus. - We nemen een taxi of de bus.