Nederlandse werkwoorden vervoegen
Meld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inMeld je gratis aan voor alle informatie over privélessen en onze beschikbare groepscursussen (A1, A2, B2, B2, C1, C2)
Schrijf je gratis inIn dit onderdeel van de cursus leer je over de Nederlandse werkwoordstijden en de vervoegingen van de werkwoorden. Ook leer je over de drie werkwoordsoorten die de Nederlandse taal rijk is. Deze hoofdstukken geven een gedetailleerde uitleg over het gebruik van werkwoorden in de Nederlandse taal.
De onvoltooid tegenwoordige tijd gebruik je als iets nu gebeurt, als iets regelmatig gebeurt, als iets in de nabije toekomst gaat gebeuren en als iets in het verleden begonnen is en tot op heden voortduurt.
Volg online taallessen met een professionele leraar
De voltooid tegenwoordige tijd bestaat uit een combinatie van twee werkwoordsvormen. Je gebruikt de voltooid tegenwoordige tijd voor acties en gebeurtenissen uit het verleden.
De onvoltooid verleden tijd gebruikt je voor gebeurtenissen uit het verleden die niets met het heden te maken hebben, om te beschrijven wat er allemaal gebeurde tijdens een bepaalde gebeurtenis in het verleden en als een actie of gebeurtenis uit het verleden wordt geïntroduceerd met het woord toen.
De voltooid verleden tijd gebruik je als je het resultaat van een handeling in het verleden wil benadrukken en daarnaast kan het duiden op een handeling of gebeurtenis uit het verleden die niet gebeurd is.
De onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd wordt gebruikt om over de toekomst te praten. Ook wordt deze vorm gebruikt om een voorstel te doen of een belofte te maken.
De voltooid tegenwoordige toekomende tijd wordt gebruikt om een bepaalde gebeurtenis te beschrijven die voltooid zal zijn in de toekomst.
De onvoltooid verleden toekomende tijd wordt gebruikt om te speculeren over bepaalde gebeurtenissen of situaties in de toekomst.
De voltooid verleden toekomende tijd drukt een handeling uit die vanuit het verleden gezien in toekomst zou plaatsvinden. De voltooid verleden toekomende tijd wordt ook wel de hypothetische verleden tijd genoemd.
Een hulpwerkwoord is een werkwoord dat altijd voorkomt in combinatie met een ander werkwoord, dit kan zowel een zelfstandig als een koppelwerkwoord zijn.
Het zelfstandig werkwoord beschrijft een concrete of abstracte handeling/actie.
Koppelwerkwoorden koppelen het onderwerp van de zin aan het naamwoordelijk deel. De koppelwerkwoorden koppelen het onderwerp aan een toestand, functie of eigenschap. Er zijn 9 verschillende koppelwerkwoorden: zijn, worden, blijven, blijken, lijken, schijnen, heten, dunken, voorkomen.
Klik op de onderstaande afbeelding om meer te leren over een specifiek onderwerp.
1 Tegenwoordige tijd | Leer alles over de Nederlandse tegenwoordige tijd. |
2 Verleden tijd | Leer alles over de Nederlandse verleden tijd. |
3 Toekomende tijd | De toekomende tijd gebruik je om te praten over iets dat nog moet plaatsvinden. |
4 Nederlandse hulpwerkwoorden | Hulpwerkwoorden komen altijd voor in combinatie met een ander werkwoord. |
5 Nederlands zelfstandig werkwoord | Zelfstandige werkwoorden kunnen alleen voorkomen maar ook in samen met hulpwerkwoorden. |
6 Nederlandse koppelwerkwoorden | Een koppelwerkwoord is een werkwoord dat het onderwerp koppelt aan een naamwoordelijk deel. |
7 Nederlandse infinitief (werkwoorden met en zonder 'te') | Leer de Nederlandse infinitief met dit overview en de oefeningen. |
8 Nederlandse zwakke werkwoorden | Leer de Nederlandse regelmatige werkwoorden. |
9 Nederlandse sterke werkwoorden | Leer de Nederlandse sterke werkwoorden hier. |
10 Nederlandse modale werkwoorden | Leer alles over de Nederlandse modale werkwoorden met dit overzicht van de grammatica. |
11 Nederlandse gebiedende wijs | Leer de Nederlandse gebiedende wijs met deze uitleg. |
12 Nederlandse modale werkwoorden | Leer alles over de Nederlandse modale werkwoorden met dit overzicht van de grammatica. |
13 Nederlandse actief en passief | Leer de Nederlandse actieve en passieve zin met deze uitleg. |
14 Nederlandse scheidbare en onscheidbare werkwoorden | Leer alles over de scheidbare en onscheidbare werkwoorden in het Nederlands. |
15 Nederlands onvoltooid deelwoord | Leer alles over het Nederlands onvoltooid deelwoord. |
16 Nederlands voltooid deelwoord | Leer alles over het Nederlands voltooid deelwoord |
17 Nederlandse aanvoegende wijs | Leer alles over de Nederlandse aanvoegende wijs |
18 Lijst van Nederlandse werkwoorden | Een overzicht van de meest gebruikte werkwoorden in het Nederlands. |